We verlaten Britisch Columbia en rijden Alberta binnen. Het zijn nog net geen 2 verschillende landen maar dat scheelt niet veel. De routes hier zijn en blijven mooi, wel weer wat drukker. In Island Lake Provincial Recreation Area vinden we een zeer rustige campground, deels langs de weg en de andere zijde langs het spoor. Het was er erg koud. We besluiten verder te rijden. Komen we terecht op een campground waar alles nog overeind staat van vroeger gehouden rodeo's. Prachtig. Het ligt goed beschut en het is er heerlijk warm. Ernst kon in blote bovenlijf rondlopen om bij de autospiegel zijn aangezicht een scheerbeurt te geven. Alles een stuk korter maar nauwelijks knapper. Wel kunnen die korte haartjes lekker jeuken. Toch niet voor niks gedaan. De beheerster van de campground was verbaasd dat we deze campground hadden gevonden want hier komen zelden buitenlanders. Dat zijn dus precies de campgrounds die wij zoeken. Omdat we dicht bij de grens van Amerika zitten proberen de dames nog iets wijzer van haar te worden. Helaas, het blijkt dat ze nooit in Amerika komt en er ook nauwelijks iets van weet. Na het gebruikelijke borreluurtje lekker eten waarna Joke en Grada aan de wandel gaan. Onderweg zien de dames een roofvogel, drie herten en een reiger. Ik was de camper wat aan het ruimen waarna ik nog een kwartier aan de rivier heb gezeten. Geen teken van leven of geluid behalve het kabbelen van het water. Het werd me te fris en ik ben terug gegaan naar de camper om mij even met een boek terug te trekken op bed. Had mijn bril vergeten en voordat ik hem kon halen viel ik in slaap. Co was de omgeving aan het verkennen en trok tijd uit om nog even te hardlopen. Zo was ieder lekker bezig. Tegen de avond wordt het kouder en trekken we ons terug in onze campers.